Bezwaar uitbreiding bedrijventerrein

Aan het college van Burgemeester en wethouders van Doesburg en de gemeenteraad

Het bestuur van de wijkraad krijgt veel signalen van bezorgde burgers over de voorgenomen
uitbreiding van het bedrijventerrein Verhuellweg. Wij weten dat er al diverse
bezwaarschriften zijn ingediend. Wij rekenen erop dat het college en de gemeenteraad
een zorgvuldige afweging maken voordat er een definitieve beslissing wordt genomen.
Ook zullen er ongetwijfeld inwoners zijn die deze aanvraag voor uitbreiding ondersteunen.
Als wijkraad willen wij ons neutraal opstellen en wij hebben er vertrouwen in dat de burgers
van de inspraak gebruik maken waardoor het college en de gemeenteraad een weloverwogen
beslissing kunnen nemen.

met vriendelijke groeten,

namens het bestuur van de wijkraad Binnenstad
Henny Slokker
voorzitter

Bijgaand twee voorbeelden van ingebrachte bezwaarschriften:

Geacht college, geachte raadsleden,

Hierbij deel ik u mede, dat ik grote bezwaren heb tegen het ontwerp-bestemmingsplan Bedrijventerrein Verhuellweg, zoals dat thans ter inzage ligt. Alvorens ik deze bezwaren nader toelicht, wil ik graag een antwoord van u op de navolgende vragen.

 Algemeen

1.De gemeente laat niet alleen het concept-bestemmingsplan opstellen door de (belanghebbende!) bedrijven, maar ook de voorlichting, in casu de p.r., door deze zeer bedrijven verzorgen (zie Regiobode d.d. 23 december 2021).

 Zou een wat “neutralere” opstelling van het gemeentebestuur niet te verkiezen zijn in deze zeer controversiële zaak?

 2. De riviergemeenten Arnhem en Nijmegen hebben zich bezorgd getoond over de uitstoot van fijnstof door de toenemende scheepvaart. Deelt u hun zorgen en bent u niet met mij van mening dat het onjuist is vervoer over het water a priori milieuvriendelijker te noemen dan vervoer over de weg?

 3. Er wordt, ook door u, nogal eens geschermd met het belang van de werkgelegenheid van de beide bedrijven voor onze stad.

Om hoeveel arbeidsplaatsen gaat het en hoeveel procent van de werknemers woont in Doesburg?

 Specifiek n.a.v. de hoofdstukken in het ontwerp-bestemmingsplan

3.1.1.     Wat wordt bedoeld met “Tevens wordt er rekening gehouden met mogelijkheden voor doorontwikkeling in de toekomst”? Nóg groter ruimtebeslag, nóg hogere bebouwing?

3.1.2.   Leiden de groei van de logistieke activiteiten, ondanks de toenemende  automatisering en robotisering,  tot meer werkgelegenheid?

3.2.1.   Welke consequenties heeft het feit, dat het plangebied deel uitmaakt van de “Groene     ontwikkelingszone, Natura  2000-gebied” en “Rustgebied voor winterganzen”?

3.3.1.   Is door onderzoek overtuigend aangetoond, dat de bedrijven niet naar een andere locatie kunnen?

3.4.1.   (citaat): “Alle ontwikkelingen voor deze locatie dienen samen te gaan met een hoogwaardige inpassing en kwaliteitsverbetering van het landschap. In de Fraterwaard ligt het accent op agrarische functies en natuur. De gronden van de Fraterwaard maken geen onderdeel uit van het onderhavige plan. Met de herontwikkeling van het bedrijventerrein aan de Verhuellweg wordt er geen afbreuk gedaan aan het landschap van de Fraterwaard” (vraag): Beïnvloeden de geplande ontwikkelingen de kwaliteit van het Fraterwaard-landschap niet in hoge mate?

4.11     (citaat): “Dit betekent dat ontwikkelingen, die buiten de begrenzing van de Natura 2000 gebieden gelegen zijn, ook getoetst moeten worden of er significant negatieve effecten optreden op Instandhoudingsdoelstellingen van het betreffende gebied.”

 (vraag): Heeft deze toetsing plaatsgevonden en zo ja, met welk resultaat?

 (vraag):  Is het laden en lossen van de grote containers en het daarbij behorende vrachtverkeer (200 vrachtwagens per dag extra) niet bij uitstek een activiteit met een negatieve uitstraling op het  “Natura 200-gebied Rijntakken”, deelgebied  “Uiterwaarden IJssel” ?                 

(citaat): “Daarnaast ligt een deel van het plangebied en het gebied dat door de provincie is aangewezen als Groene Ontwikkelingszone (deelgebied 154, Havikerwaard-Fraterwaard). Dit deelgebied heeft de volgende kwaliteiten voor natuur en landschap:               (……)

 *Weidse vergezichten over de rivier en vaak fraai zicht op de stuwwallen   (Veluwezoom),   fraaie stadsgezichten bij Doesburg

 *Rust, ruimte en donkerte m.u.v. stedelijke gebieden

 (vraag): Staat de geplande ontwikkeling niet volledig haaks op deze twee kernkwaliteiten?

Voor de beantwoording van de vragen zeg ik op voorhand hartelijk dank!

 Met vriendelijke groet,

en het bezwaarschrift van de Monumentenvereniging

College van burgemeester en wethouders
Postbus 100
6980 AC Doesburg

Betreft: Zienswijze Monumentenvereniging Doesburg m.b.t. het Ontwerpbestemmingsplan
‘Bedrijventerrein Verhuellweg’ met identificatienummer NL.IMRO.0221.PBL20001HBV-ON01

                                                                                                        Doesburg, 1 februari 2021
Geacht College,
Het bestuur van de Monumentenvereniging 15 april 1945 heeft kennis genomen van het
ontwerpbestemmingsplan ‘Bedrijventerrein Verhuellweg’. Door middel van dit schrijven willen wij
onze zorgen en bezwaren naar voren brengen ten aanzien van de voorgenomen plannen.
De Monumentenvereniging 15 april 1945, Doesburg zet zich al jaren in voor het behoud van
monumenten en monumentale waarden in en rond Doesburg in het belang van de stad, haar
bewoners en bezoekers. Juist deze monumentale waarden geven de stad haar unieke en
aantrekkelijke karakter. Vanuit deze betrokkenheid en vanuit onze doelstellingen zijn wij derhalve
direct belanghebbende om een visie te geven op de plannen.
‘Verdozing’
Tot december 2015 werd het profiel van onze stad vooral bepaald door de contour van de
Martinitoren. Sinds die tijd moet deze contour ‘concurreren’ met de containerkraan van de ROTRA.
In de nieuwe plannen is sprake van een mogelijke tweede kraan van ca. 30 meter. Maar dat is niet
het enige dat met de nieuwe plannen drastisch gaat veranderen. In de nu voorliggende plannen
wordt niet alleen de te bebouwen oppervlakte vergroot (een toename van 25%), maar zullen de
geplande gebouwen ook flink toenemen in massaliteit en hoogte. Op drie plaatsen zal de
bouwhoogte tot 22 meter gaan, waarbij met name bij het geplande ‘warehouse’ sprake zal zijn van
een ernstige ‘verdozing’ van dit terrein. Ook de functioneel onnodige verhoging (immers kantoor)
van het bebouwingscomplex op de plaats van de zgn. Blikvanger – met nu een overwegende
bebouwingshoogte van 8 meter en op een enkele plek een bouwdeel tot een hoogte van 12 meter –
tot maar liefst 22 meter vervult ons met zorg, net als de geplande bouwhoogte van Ubbink (nu 10,
resp. 12 meter), die ook maar liefst 22 meter zou moeten worden.
Het College van Rijksbouwmeesters heeft onlangs in een rapport ernstige zorgen geuit ten aanzien
van de verdozing van het landschap. In dit rapport lezen we: ‘De snelle toename van (X)XL vastgoed
baart zorgen. Het huidige vraaggericht ontwikkelen gaat gepaard met een gebrek aan regie en er is
te weinig zicht op de impact die de (X)XL trend heeft op landschap, stad en infrastructuur. Rijk en
regio zouden veel strengere eisen moeten stellen en nadenken over wat wel en niet gefaciliteerd
wordt (Rapport in opdracht van het College van Rijksadviseurs: (X)XL-verdozing. Minder, compacter,
geconcentreerder, multifunctioneler. Oktober, 2019. Te raadplegen via:
https://www.collegevanrijksadviseurs.nl/adviezen-publicaties/publicatie/2019/10/29/xxl-verdozing)
Die hoogte roept dan ook bezwaren bij ons op, temeer omdat zo’n massaal gebouw, samen met de
twee andere delen van de gebouwen die 22 meter hoog zullen worden, een zeer bepalend element
in het profiel van de stad zal worden. Het cultuurhistorisch belang van Doesburg is gelegen in
enerzijds het historisch centrum dat aangemerkt is als beschermd stadsgezicht, anderzijds door de
omringende historische Linies (Rijksmonument) en het daarbij behorende open landschap dat
essentieel is voor de beleving van de Linies. De ligging van de stad is dus onlosmakelijk verbonden
met het omringende landschap. Bij het ontwikkelen van nieuwe plannen moet daarom goed en met
grote zorgvuldigheid gelet worden of die bijzondere relatie niet ernstig verstoord wordt. Wij zijn van
mening dat bij de huidige plannen er daadwerkelijk een grote verstoring plaatsvindt omdat het zicht
op de stad vanuit dat open landschap gedomineerd zal worden door de massaliteit van de
nieuwbouw, waarbij de nabijgelegen Hoge Linie visueel in de verdrukking komt. Dit is reden genoeg
om bezwaar te maken tegen de huidige plannen.
Beschermd stadsgezicht wordt geschaad
Zoals reeds vermeld is de oude kern van Doesburg aangemerkt als beschermd als stadgezicht. De
grens van dit gebied ligt op zich aan de noordzijde van de N317 en daarmee buiten het plangebied. In
een aantal uitspraken heeft de Raad van State duidelijk aangegeven dat er ook bijzondere zorg en
aandacht gegeven moet worden aan de kwaliteit van het rondom dit stadsgezicht liggende gebied.
Bij de ontwikkeling van nieuwe plannen moet een mogelijke invloed op het beschermde gezicht
meegenomen worden in de afweging omdat de cultuurhistorische waarden benadeeld zouden
kunnen worden. Bij de huidige plannen zal naar ons oordeel het zicht op de stad vanuit het open
landschap ernstig geschaad worden door de massaliteit en hoogte van de gebouwen. De impact van
de nieuwe plannen op de beleving van het beschermde stadsgezicht en de nabij gelegen beschermde
Linies had in de ontwikkeling van de locatie onderdeel moeten zijn van een serieuze afweging. Deze
afweging is bij de huidige plannen niet meegenomen. Daarvoor moeten de cultuurhistorische
waarden van het buitengebied beter in kaart worden gebracht en moeten er ook goede visualisaties
gemaakt worden van het nieuwe aanzicht van de stad. Het bijgevoegde rapport van
landschapsarchitect Jan Bruyn is in dit opzicht volstrekt onvoldoende en eenzijdig.
Wij kunnen ons daarnaast dan ook niet vinden in de zinsnede, zoals verwoord in de Toelichting op de
plannen (par. 3.4.1.): ‘Er kan geconcludeerd worden dat de beoogde optimalisatie van het
bedrijventerrein past binnen de Ruimtelijke Structuurvisie Doesburg.’
‘Blikvanger’
In de Nota Ruimtelijke kwaliteit 2017 (pag. 67) staat dat bij het ontwikkelen van plannen er een
hergebruik moet plaatsvinden van reeds bestaande karaktervolle bedrijfsgebouwen. De nota stelt:
‘Tastbare herinneringen aan het verleden van Doesburg als werkstad willen we graag behouden.
Daarom wordt bij herontwikkeling ingezet op hergebruik van karaktervolle bedrijfspanden’. In de
huidige plannen zal het gebouw van de voormalige blikfabriek (Verblifa) verdwijnen ten behoeve van
de nieuwbouw. In de toelichting op de plannen (par. 4.13) wordt gesteld dat de gemeente bij sloop
hecht aan ‘een goede bouwhistorische documentatie’. De daarop volgende conclusie dat handhaven
van het gebouw weinig zinvol is wordt niet gestaafd met goed onderbouwde inhoudelijke
argumenten. Er wordt onvoldoende aandacht besteed aan een waardestelling van dit gebouw op
basis van een bouwhistorisch onderzoek en er wordt derhalve dan ook geen zorgvuldige afweging
gemaakt bij de keuze voor sloop ten behoeve van Nieuwbouw. Dat is te betreuren omdat het
appartementencomplex aan de Kraakselaan dat gebouwd is in opdracht van Verblifa ten behoeve
van het hogere personeel van deze fabriek onlangs is aangemerkt als een ‘verborgen diamant’. Het
voormalige bedrijfsgebouw van de fabriek en dit appartementencomplex bezitten juist in deze
samenhang een bijzondere cultuurhistorische waarde die verwijst naar het industrieel verleden van
Doesburg. We hebben derhalve bezwaar tegen het feit dat deze afweging onvoldoende is gemaakt
en dringen er op aan dat deze alsnog plaatsvindt op basis van een waardestellend onderzoek
alvorens toestemming gegeven wordt tot sloop.
Verkeerstoename
Bij de beoogde plannen is sprake van een grote toename van de verkeersbewegingen (200 extra
vrachtwagens per dag). In de huidige situatie nemen de vrachtwagens komend vanuit Dieren de
afslag direct ná de brug en moeten onderaan een haakse bocht maken naar het bedrijfsterrein. De
omliggende monumentale huizen aan de Flugi van Aspermontlaan en aan het begin van de
Koepoortstraat hebben nu al ernstig te lijden: er is sprake van voelbare trillingen in de huizen en als
een daaraan ten grondslag liggende ernstige scheurvorming. De toegenomen drukte van een enorm
uitgebreid logistiek centrum vraagt naar ons idee om een alternatieve ontsluiting, zeker indien het
vrachtverkeer nog verder zal toenemen. Bij het zoeken van een nieuwe ontsluitingsweg van en naar
de Verhuellweg dient natuurlijk terdege rekening gehouden te worden met de ligging van De Linies.
Tot Slot
Wij hopen dat u met bovenstaande opmerkingen bij de planontwikkeling rekening zult willen
houden. Desgewenst zijn wij altijd bereid deze zienswijze mondeling toe te lichten. Vanzelfsprekend
blijven wij gaarne op de hoogte van verdere ontwikkelingen.
Gaarne ontvangen wij van u een bevestiging van ontvangst van dit schrijven.

Hoogachtend,
namens de Monumentenvereniging 15 april 1945, Doesburg
p/a Gasthuisstraat 6, 6981 CS Doesburg
Peter van den Brandhof, voorzitter Paul le Blanc, secretaris

Terug naar boven